SKIPtram
HTM 51-80 buitenlijner
3D tramspotters model (03-10-2017)
Om te kijken hoe de stand van zaken is met 3D modellen heb ik het model besteld en ga proberen hier een mooi model van te maken.
Zo komt de bestelling aan:
Ziet er veelbelovend uit en zoals gewoonlijk begin ik met de aandrijving.
De bodem is ontworpen om een C1 aandrijving in te monteren, maar gezien de grote afwijking van de draaistellen heb ik besloten de goede 24,2 mm draaistellen te monteren met 9 mm spaakwielen. Omdat de bodem niet hiervoor gemaakt is moet er iets worden aangepast maar het resultaat mag er dan ook wezen.
N.B. 22-06-2019 Bij het huidige onderstel zit het interieur er vast op ( dit i.v.m. printregulations bij I.M.) en is het bewerken iets moeilijker.
hier de proefopstelling met het goede draaistel t.o.v. het C1 draaistel.
e.e.a. met de bekende tubes gevuld met 1,2 mm staal en de SKIPtrack motor.
N.B. 27-02-2020 ( opm J.L.) In verband met de eisen bij I.M. voor het printen mogen de twee interieur delen niet los op het model zitten en zijn deze door de ontwerper vastgemaakt aan het chassis. Dat is wel een probleem ( zeker bij d egrotere draaistellen van 24 mm.) Ook de Skiptrack motor kan niet door het gat naar beneden vanwege zijn langere assen.
Er zijn twee mogelijkheden:
1. Beide interieurplaten van het chassis afslijpen met een carborundum schijf of met de figuurzaag als U erg handig bent ( want je hebt te maken met wee zaagsneden tegelijk).
2. Sleuf zagen in de interieur plaat aan een zijde opdat de motor erin gekanteld kan worden. Dit de meest elegante oplossing maar geeft weer wat problemen met het weghalen van materiaal aan de wormwielzijde van het 24 mm draaistel. Maar U houdt een stijver chassis over.
DRAAISTEL HALLING 24 mm
De draaistel zijkanten van tramspotters zijn zeer fragiel en dun. Voor de 24 mm versie moet de nokken verwijderd worden. Men mag bij de draaistel opsluitplaat nooit de in de foto getoonde delen doorsnijden. Men moet de zijkanten op een schuurplaat zoveel mogelijk dunner slijpen en de zijkant van tramspotters erop lijmen. De baanschuivers van messing strip worden er later op gelijmd om de links rechts verbinding te garanderen. Haalt men de punten op de foto door dan houdt men een instabiele opsluitplaat over en is het draaistel verer waardeloos.
xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
de kap past "ganz genau" en is van een zeer goede kwaliteit.
de aandrijving aangesloten
De kap is van goede kwaliteit en is hier dun in de primer gespoten zonder einge bewerking,
foto Guido Mandorf van zijn ontwerp.
op deze foto zie je dat 1 kopwand foutief is uitgevoerd. De contactdoos zit aan de verkeerde kant.( met dank aan Henk Boshuyzen).
Verder is de kopvorm verre van het origineel ( dat is dan wel veroorzaakt door de minimale spijldikte) en is niet acceptabel.
Ik zal hiervoor een oplossing gaan vinden.
Was het vroeger in de messing bouw al een probleem om een mooie kop te maken (omdat de front etsing en de vouwlijn achter de verticale spijl met elkaar in confict waren bij een 25%-75% etsing) en je de vouwlijnen van achter moest invijlen, zo ook blijkt de 3D ontwerper hiermee te stoeien.
Ook het klakkeloos volgen van vaak foute tekeningen blijkt te resulteren in een fout ontwerp. Het zou dan ook raadzaam zijn dat ontwerpers hun eerste print of product eens uitgebreid laten controleren door derden om teleurstellingen zoals hier te voorkomen, want ook aan deze 3D print moet heftig gevijld worden om tot een acceptabel resultaat te komen.
Eerst een voorbeeld van de verschillende interpretaties van een 250-ger van de HTM bij resp. Fairfield/Philotrain/Railan en Philotrain.Waarbij de Railan kop nog het beste compromis is.
Bovenstaand de voorlopige bewerking met de Action diamant nagelvijl van de spijlen en wat mij betreft mag het nog wat dunner.
Bovenstaand is het voorlopige eindresultaat per 15-10-2017 in verband met de verhuizing kan ik voorlopig niet verder.
Voor het model heb ik decalls ontwikkeld:
1. biezen
2. wagennummers en logo in correcte grootte
3. reclames in de maatvoering van de buitenlijner.
Het commentaar van de ontwerper:
Ohne Nacharbeit wird es nicht gehen. Alleine schon wegen der Nacharbeit an den Seitenwänden. Bei IM ist 1mm Mindestgröße, daher konstruiere ich alle meine Modelle dementsprechend, auch wenn es eigentlich schmaler sein müsste. Schmaler geht es nur bei Shapeways, aber dafür ist deren Material zu empfindlich.
Ik had al laten zien dat het bij de Arnhemmer wel gelukt was en dat het dus een kwestie van doorzetten en goede wil is.
Kan niet ligt op het kerkhof zij mijn vader altijd.
De wanddikte is ongeveer 1 mm ( foto op verzoek van geïnteresseerden).
ONDERZOEK
Na het onderstaande door mij zelf uitgevogelde onderzoek bleek e.e.a. nu ook nog beter te lezen in het boek "De buitenlijnen van de HTM"van Johan Blok.
Buitenlijners zijn door verschillende firma's geleverd in verschillende kwaliteiten.
51-57 Linke-Hofmann Busch 1923
58-59 Linke-Hofmann Busch 1924
60 Linke-Hofmann Busch 1923
61-65 HAWA 1924
66-70 HAWA 1925
71-75 WUMAG 1925
76-78 Nordwaggon 1924
78-80 Nordwaggon 1925
De dakvorm van de lichtkap was:
51-60 en 76-80 lichtkap toelopend.
61-75 en 58 lichtkap overal even breed.
Richtingfilms:
51-60 witte actergrond met zwart opschrift
61-80 zwarte achtergrond met witte letters
Richtingfilmdakje:
51-60 schuin dakje
61-75 horizontaal dakje
Ramen:
51-60 rechte bovenhoek
61-80 ronde bovenhoek
Interieur:
51-60 zwart kunstleer
61-80 groen kunstleer
Vooruit:
Oorspronkelijk schuin en na 1940- 1953 verticaal.
Kleurstelling:ong. tot 1934
Oude kleurstelling bruine deuren.
4 x HTM en grote rode wagennummers alleen op de koppen
Nieuwe kleurstelling.
4 x kleinere nummers gr.gr. 4x verkleind HTM
Luchtleidingen:
< 1948-1957 een luchtslang
daarna twee luchtslangen metverhoogd wagennummer
Automaat
In het begin midden/ zijkant van het dak.
Ook in het verleden heb ik bij het spuiten van de Cw en de Philotrain modellen eens het een en ander uitgezocht. Het viel mij op dat onder de ramen verticale balkjes zijn ontworpen die bij slechts heel weinig BL terug te zijn herkennen op de foto.
Dit kom ik echter alleen tegen bij de 62 en 77. Oorspronkelijk waren hiermee de 76-80 mee uitgerust dus hoe de 62 hieraankomt??
De 56, 73 kregen in 1957 een andere lijn filmkast en sluitlicht
De 67 en 68 hadden een andere stootbumper
De truckafstand van 7200 >> 8,27 is bij het model van Guido Mandorf goed uitgevoerd en de rest van de maten ook.
De wielmaat is 840 mm >> 9,6 spaak .. Halling 9,0 spaak
De oorspronkelijke truckafstand was 1700 >> 19,5 is slechts tot 1935 gehandhaafd.
Een buitenlijner met een radstand van 2100 is dus van na 1935 en kan dus nooit in de rode livrei gereden hebben omdat de kleurstelling in 1930 in groen/grijs werd gewijzigd.
PANTO's
De panto's 51-60 SSW brede bovenbouw na 1925 normale bovenbouw
en de 61-80 SSW normale bovenbouw.
Ook de panto's van de buitenlijner worden aangepast.
04-02-2019
met luchtfluit en werkend beugeltouw.
Philotrain model naar digitaal.
De Philotrain modellen ombouwen naar digitaal is een hele sinicure.
Allereerst werden de Tenshodo's gereviseerd en uitgerust met tandwielen die niet onder spanning op de as geklemd zitten doch spanningsvrij met Loctite verlijmd, waardoor de kans dat ze breken veel geringer is .
De aandrijving loopt dan onberispelijk en geruisloos en omdat de motoren zijn doorverbonden zeer betrouwbaar zonder allerlei grote ingrepen en of SB oplossingen.
Ook het digitaliseren geeft nog een extra dimensie voor een soepele loop.
Het Tenshodo draaistel gemodificeerd voor digitale aansluitingen
De draden gemaskeerd met extra bodem
De bankjes in het groen kunstleer gespoten. ( De eerdere typen hadden zwart kunstleer).
